A. Schoolverzuim. Over dit onderwerp kan gelukkig dit jaar het verslag gunstiger luiden dan in vorige jaren. Goed was op vijf van de zeven openbare scholen steeds het schoolbezoek, onwettige verzuimen kwamen daar om zoo te zeggen niet voor, doch thans valt ook aanmerkelijke verbetering te vermelden van het verzuim op de twee kostelooze scholen, waar jaar in, jaar uit voor sommige leerlingen geen leerplicht scheen te bestaan en de wetsbepaling dienaangaande straffeloos werd overtreden. Gaarne sluiten wij ons aan bij den lof, die door de twee betrokken hoofden in dezen wordt toegezwaaid aan de nooit rustende werkzaamheid van den ambtenaar van het openbaar ministerie bij het Kantongerecht, maar daarbij uiten wij toch den wensch, dat het in de toekomst moge blijken, dat deze verbetering van een maatschappelijken wantoestand niet uit sluitend het gevolg is geweest van het optreden daartegen van één enkel persoon. Blijvend toch zal de verbetering eerst dan zijn, als niet dwang maar drang, niet vrees voor de wet, maar erkenning van hun plicht, de ouders er toe zal brengen hun kinderen zoo veel en zoo goed mogelijk te doen onderwijzen. B. H er halin gs o n der wij s. In de school aan de Middellaan werd aan slechts een twaalftal meisjes van October tot half Maart herhalingsonderwijs gegeven op Woensdag- en Zaterdagmiddag. Het kleine aantal vindt zijn oorzaak in het feit, dat nog weinig ouders in deze gemeente inzien dat goed bezonken school kennis, ook voor meisjes, in 't leven groot nut kan afwerpen en haar dagelijks te stade kan komen. Wel volgen veel meisjes boven den leerplichtigen leeftijd aan bijzondere inrichtingen voortgezet handwerkonderwijs, omdat voor de ouders het nut daarvan veel meer tastbaar is en ze er terstond de voordeelen van genieten kunnen. Wij echter, hoezeer wij erkennen, dat handwerkonderwijs voor meisjes onontbeerlijk is, zouden toch 3 Bijlage Q.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1911 | | pagina 400