3o. De tuinbouw wintercursussen te Breda en Prinsenhage; 4o. De bibliotheek Van werken op tuinbouw-gebied ten dienste van de leden. De instellingen ad 1, 2 en 4 worden door afzonderlijke com- missiën beheerd, het tuinbouw-onderwijs ad 3 door het bestuur der Bar. tuinb.-vereeniging overeenkomstig door het Rijk als subsidie-gever vastgestelde voorschriften; het geldelijk beheer van elk dezer staat geheel zelfstandig, zoodat samensmelting van fondsen is uitgesloten. De werking in het verslagjaar van iedere instelling wordt hierna afzonderlijk besproken. Het saldo in kas dezer instelling bedroeg op 1 Januari 1911 de som van f 874,27 en op 31 December d. a. v. die van f 271,785; de jaarlijks overschietende gelden moeten beschouwd worden als een reservefonds waarmede beoogd wordt gaandeweg datgene aan te schaffen, wat de tuin meer en meer aan zijn doel doet beantwoorden; de kas wordt gevoed door subsidiën van het rijk en de provincie resp. bedragende f1000 en f300 'sjaars en door den verkoop van producten. In den loop van het jaar kwam eene groote kas ter ver vroeging van groenten gereed, waarvan de kosten f1220 be droegen; aan deze uitgave is het in hoofdzaak toe te schrijven dat het reservefonds met f 602,486 verminderde. Het aanbrengen van geleidingen en reservoirs, om op verschillende punten in den tuin sproeiwater voorhanden te hebben, (zie jaarverslag 1910) werd uitgevoerd, doch een en ander beantwoordde wegens groote lekkage in de geleidingen, niet aan het doel, zoodat de voor dit werk op de begrooting uitgetrokken gelden niet zijn uitbe taald de afwikkeling dezer kwestie behoort echter tot het jaar 1912. De rekening en verantwoording van gelden werd door eene daartoe benoemde Commissie, bestaande uit de heeren P. A. F. Snijders en G. H. A. G. van der Noorda, nagezien en accoord bevonden, sluitende dezelve met een saldo in kas van f271,78". Bijlage AA. 2 Centrale proeftuin voor Noord-Brabant.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1911 | | pagina 562