103
Aan premiën te dezer zake werd aan 2 personen samen uit
betaald f 20,
Een persoon werd in 1912 aan den heer Commissaris der
Koningin voorgedragen, ter bekoming van het eereteeken met
getuigschrift voor menschlievend hulpbetoon, ingesteld bij konink
lijk besluit van 22 September 1855, no. 64.
E. Zelfmoorden.
Werden in 1912 vier geconstateerd.
ITT. Doodschouw.
Met het verrichten der doodschouw, bedoeld in art. 4 der
wet van 10 April 1869 Staatsblad no. 65), was in 1912 belast
de gemeente-geneesheer dr. P. A. Bossers.
Bij ontstentenis van den heer Bossers werd als diens plaats
vervanger aangewezen dr. F. C. M. Hofman.
IV. Arbeidswet.
Tabel van het aantal op 31 December 1912 geldige arbeids
kaarten, afgegeven of mede-onderteekend door of vanwege den
Burgemeester van Breda.
A. Afgegeven arbeidskaarten.
12 jaar.
13 jaar.
14 jaar.
15 jaar.
16 jaar.
Totaal.
Jongens
8
50
146
140
133
477
Meisjes
8
57
94
105
81
345
Totaal
16
107
240
245
214
822
Gehuwde vrouwen 104.
D. Redden van drenkelingen.