2 verkeer te Breda ontvingen we ten geschenke voor het Dag verblijf 2 rustbanken, op kosten van genoemde vereeniging nieuw geschilderd en met erkentelijkheid aanvaard. Allen die onze vereeniging dit jaar zoo belangrijk steunden zeggen wij daarvoor hartelijk dank. Nu ook bij het intreden van het gure jaargetijde de patiënten buiten in het Dagverblijf konden vertoeven, zouden de gewone inkomsten niet in staat zijn, om de kosten der exploitatie te dekken, extra-inkomsten waren noodzakelijk en een hoogst ver blijdend bericht kwam ons ter oore, toen we vernamen dat de damesBadon-Ghijben, Bolomey-Waldeck, de Booy-Scheltus, Bossers-Rijsdijk, Heijl-de Groot, Hoekstra-Riesen, van der Mieden van Opmeer-Snouck Hurgronje, van Mierlo-de Roy van Zuidewijn, Moerel-van Ham, Pels Rijcken:Beijnen, Reigersman, de Ruiter, Sassen van Vlierden-Jurgens, Swaep-Speijer, van Waegeningh- Vroesom de Haan, een comit hadden gevormd met het doel een fancy-fair te organiseeren, waarvan het finantieele resultaat aan het Dagverblijf zou ten goede komen. Een dames-eere- comit daartoe uitgenoodigd, nam volgaarne die taak op zich en we mogen hierbij vermelden dat de voorzitster mevrouw van Lanschot-de la Court, evenals mevrouw Kemper-Haitink, haar verlangen te kennen gaven, naast deze eere-functie de werkzaamheden van het organiseerend comit'% zoowel bij de voorbereiding als later bij de te houden fancy-fair te deelen en namen beide dames een zeer werkzaam aandeel tot het slagen van het weldadigheidsfeest. Want het was inderdaad feest die 2 dagen 5 en 6 Oc tober in de zalen van „Concordia", vroolijk uitziende met de keurige uitstallingen, bij avond electrisch verlicht, waarvoor de installatie kosteloos was aangebracht door de firma Schiefel- busch te Ginneken. En reeds spoedig nadat mevrouw Pels Rijcken-Beijnen, de voorzitster, op Zaterdag 6 October, 2 uur n.m., in hartelijke bewoordingen de beste wenschen uitsprekende voor het welslagen, de fancy-fair opende, waarna door een ge mengd koor onder leiding van den heer J. Nieuwenhoven de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1912 | | pagina 361