VERSLAG van den toestand der gemeente- gasfabriek over 1912. Alyemeene toestand. De gasproductie, die ongeveer met het verbruik overeenkomt, bedroeg over het afgeloopen jaar 4,269,790 M3., die over 1911 was 3,976,940 M:i., zoodat de toename bedraagt 292,850 M3. of ruim 7 Het grootste verbruik per etmaal bedroeg in 1912 18040 M3. tegen 17080 M3. in 1911, hetgeen eene toename be- teekent van 5,6 °/0. De oorzaken van deze en dergelijke stijgingen zijn in den regel veelzijdig en moeilijk na te speuren. Tot een onderzoek is geen aanleiding om dat de stijgingen na een tijdelijken stil stand ongeveer gelijk zijn aan die in vroegere jaren en als normale zijn te beschouwen. Deze toenamen zijn aanzienlijker, dan zich op grond van de resultaten van direct voorafgaande jaren liet verwachten naar aanleiding van de cijfers voor de eerste maanden van 1913 dient aangenomen te worden, dat de verbruiksstijging over het jaar 1913 zal aanhouden. In aanmerking nemende, dat in den afgeloopen winter reeds 9 van de 10 ovens in bedrijf waren en de tiende gereed lag om in gebruik te worden genomen, was er reeds toen geene reserve aanwezig en is met het oog op 't bovenstaande eene spoedige uitbreiding dringend noodig. Hoewel op grond van mijn rapport van November 1911 en de machtiging van Burgemeester en Wethouders van 17 Juni 1912 plannen voor een meer afdoende uitbreiding der fabriek in bewerking zijn, laat het zich aanzien, dat daaromtrent niet tijdig kan worden beslist, zoodat eene nooduitbreiding met 2 ovens vóór den komenden winter moet plaats hebben. Hiertoe is een voorstel door mij gedaan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1912 | | pagina 389