1 9 De verdere beambten zijn J. A. Besier, secretaris en schatter. J. J. Thiellier, pand,bewaarder. Het personeel, aan de inrichting verbonden, onderging geene veranderinghet kweet zich, evenals in vorige jaren, met ijver van zijne taak. Op 1 November 1912 herdacht de secretaris-schatter den dag, dat hij vóór 25 jaren als zoodanig in betrekking trad. In eene buitengewone, voltallige vergadering van het bestuur der Bank, werd hij in de directeurswoning, bij monde van den voorzitter, met dit feit gelukgewenscht en in hartelijke be woordingen toegesproken. Na aanbieding van den eerewijn werd het woord gevoerd door den directeur, die namens de ambtenaren der Bank bij wie zich ook had aangesloten de oud-directeur, de heer Stap den jubilaris met diens zilveren feest gelukwenschte en hem huldigde als een ambte naar, die steeds op nauwgezette wijze zijne taak vervuld heeft. Beide toespraken gingen gepaard met de aanbieding van ge schenken. De gebouwen bevinden zich in goeden staathet onderhoud heeft voldoende plaats. De gevoerde administratie gaf geene aanleiding tot opmer kingen alle in het Reglement voorgeschreven registers werden dagelijks bijgehouden. De verificatie der kas, het nazien der boeken, alsmede de controle in de magazijnen, hebben steeds geregeld plaats gehad en geen stof tot aanmerking gegeven. Naar aanleiding van het medegedeelde in ons vorig verslag omtrent het „Rapport van den heer H. Sparrius, accountant te Vlaardingen, ter zake van een onderzoek naar de financieele positie van de Bank van Leening der gemeente Breda benevens voorstellen tot verbetering der administratie", met welk rapport het bestuur zich volkomen kon vereenigen, werd bij raadsbesluit van 21 December 1912 een nieuw Reglement vastgesteld, alsmede eene Verordening, regelende de aansprakelijkheid, den 1 Ui

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1912 | | pagina 617