VERSLAG omtrent het Toezicht op Voedingsmiddelen
en Gebruiksartikelen in de gemeente Breda over
het jaar 1913.
VERORDENINGEN.
De verordening, regelende het toezicht op voedingsmid
delen en gebruiksartikelen en de verordening op den keu
ringsdienst zijn onveranderd gebleven. Dit is ook het geval
met de instructiën voor het personeel.
PERSONEEL.
In het personeel van den keuringsdienst is verandering
gekomen. De scheikundige M. van der Slik diende zijn
ontslag in, welk ontslag, ingaande 1 April 1913, werd
verleend. In zijn plaats werd tot scheikundige benoemd
Jhr. R. J. Boddaert, scheikundig ingenieur, gewezen
scheikundige aan de Rijksseruminrichting te Rotterdam.
Laatstgenoemde legde op 31 Maart 1913 in handen van den
Burgemeester den in de verordening voorgeschreven eed af.
WERKZAAMHEDEN.
De keurmeesters-monsternemers waren belast met nemen
der monsters en de opzending daarvan naar het laborato
rium. Zij bezochten geregeld de winkels, verkooplokalen en
markten. Waren werden door hen geregeld naar het oog,
den reuk en den smaak gekeurd. Voedingsmiddelen, ver-
keerende in ondeugdelijken toestand, werden herhaaldelijk
aangetroffen en dan in het belang der openbare gezondheid,
op last van Burgemeester en Wethouders vernietigd. Bij het
bezoek aan winkels, hetzij dit geschiedde voor het nemen
van monsters of voor het keuren van voedingsmiddelen,
werd op de zindelijkheid gelet. Waar inlichtingen door
leveranciers weiden gevraagd, werden deze voor zoover
mogelijk direct docr de keurmeesters-monsternemers gege
ven of wel de gestelde vragen aan mij overgebracht. In het