naamd „Hollandschen tuin", welke bouw zooverre is ge vorderd, dat in eind van Maart 1914 vermoedelijk met de verhuring van een klein gedeelte der woningen kan wor den aangevangen. De aanbesteding van dezen bouw had plaats op 27 Juni 1913 het werk werd gegund voor een bedrag van f 104.200 aan de aannemers de heeren M. Bakkeren Co., te Princenhage, terwijl voor ophooging van het terrein, aan leg van wegen, bestrating, rioleering is besteed f 13001.665. Op Zaterdag 20 September 1913 had de eerste steenleg ging plaats door de penningmeesteres mej. C. Badon Ghij- ben, hetgeen geschiedde in tegenwoordigheid van bestuur, raad van commissarissen en enkele genoodigden. Op de algemeene vergadering van aandeelhouders op 17 December 1913 werd goedgekeurd het voorstel van com missarissen, tot aankoop van een stuk grond van de hee ren C. en H. W. de Kanter, grenzende aan de thans in bebouwing zijnde terreinen, en makende daarmede deel uit van de zoogenaamde „Hollandsche Tuin" en tevens het bestuur gemachtigd voor den bouw op dat terrein van een 15 tal arbeiderswoningen een voorschot van f 31497 aan de gemeente Breda aan te vragen. Aan dit besluit is door het bestuur in 1913 reeds uitvoe ring gegeven. Ten slotte zij nug vermeld, dat de N. V. dit jaar toetrad tot de „Nationale Woningraa d", welke vereeni- ging zich ten doel stelt, waar noodig van adviezen te die nen en de belangen der terzake van volkshuisvesting werk zaam zijnde vereenigingen te behartigen en te verbeteren. Aldus opgemaakt door het bestuur. Breda, den 8 April 1914. H. W. VENKER, voorzitter. W. VRUGGINK, secretaris. C. BADON GHIJBEN, penningmeesteres. Vastgesteld in de algemeene vergadering van aandeel houders. Breda, den 8 April 1914. F. E. PELS RIJCKEN, voorzitter. W. TEMMINCK, secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1913 | | pagina 331