21
UITGAVEN.
Bedrag-
der
uitgaven
Begrooting
1913.
Traktementen,
directeur
adjunct-directeur
boekhouder
accountant
opzichter
le klerk.
Ie
2e
tijdelijke klerk
Rijksopzichter
2 Kantoorbehoeften, drukwerkep, enz.
3 Belasting, assurantie, recognitie
4 Zegels.
5 Pensioen
6 Diverse onkosten
7 Rente.
Aflossing,
afgelost tevens afgeschreven
Arbeidsloonen.
geheel uitgegeven
ten behoeve van
onderhoud prise d'eau
machines
ontij z inrichting
watertoren
buizennet
meters.
voor derden
10
11
dat is voor productie
distributie
f 773,885
- 304,41
- 357,75
- 60,58s
- 246,72
- 274,30
- 752,98
f2812.95
- 1050,04s
f 3862,99s
Verzekering Ongevallenwet
Rijloon en vrachten
Transporteeren.
665
11
1000
766
611 1
150
333 335
296 65
26173
200
140
200
6633 621
2770
63
3959 49
206 11'
1104 92
67
150
36
14975
50
36
80
15613 89
3862
99s
144 94s
312 06
f 40434 07
145
315-