HOOFDSTUK III. Van de Commissie van Toezicht. In de samenstelling van de Commissie van Toezicht op het Lager Onderwijs kwam in het verslagjaar eenige ver andering, daar van de twee op 28 Februari 1914 aftre dende leden, de heeren De Bruijn en Van Gils, de eerste niet ter herbenoeming aan den Raad kon worden voorge dragen, omdat hij de gemeente metterwoon had verlaten. Dit vertrek is voor de commissie een ernstig verlies te noemen, daar de heer De Bruijn gedurende vele jaren zich met toewijding heeft gekweten van de taak hem als lid van ons college toegewezen. Uit de bij den Raad ingediende dubbeltallen koos deze in zijn zitting van 2 Mei d.a.v. de heeren C. L. A. M. van Gils en A. J. A. Verscliraage, die daarop in de ver gadering van de commissie van 27 Mei door den voorzitter wrerden geïnstalleerd. Zij was derhalve op 81 December 1914 aldus samengesteld P. M. J. E. Bloemarts, 1 Om door verdeeling van arbeid een meer geregeld be zoek aan de verschillende scholen te bevorderen, werden deze over de zeven leden der commissie verdeeld en volgens rooster aan elk hunner een twee- of drie-tal bepaaldelijk ten bezoek toegewezen. Evenals in andere jaren heeft de commissie, waar Bur gemeester en Wethouders het verzochten, van advies ge- voorzitter. II. A. Sassen. W. H. L. Uges. J. M. IngenHousz. G. J. Nijhuis, secretaris. A. J. A. Verscliraage. C. L. A. M. van Gils. aftreding 29 Februari 1916. aftreding 28 Februari 1918. aftreding 29 Februari 1920.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1914 | | pagina 470