Op 31 December 1914 bestond het personeel der hoo-
gere burgerschool dus uit: v
B. W. Mondt, civiel ingenieur, directeur en leeraar in
de wiskunde, de werktuigkunde en het rechtlijnig teekenen
C. B. Barlo, werktuigkundig ingenieur, leeraar in de
wiskunde, de werktuigkunde en het rechtlijnig teekenen;
G. van Bij, leeraar in de wiskunde en het boekhouden
A. J. Klein Swormink, leeraar in de wiskunde;
H. Corver, doctorandus in de wis- en natuurkunde, leeraar
in de natuurkunde en de cosmografie;
Dr. J. E. van den Arend, leeraar in de scheikunde
Br. J. E. Couvée, leeraar in de natuurlijke historie, de
natuurkunde en de cosmografie
H. A. Bijkens, leeraar in de aardrijkskunde en het boek
houden
J. M. Acket, leeraar in de Nederlandsche taal en letterkunde
C. Goedeljee en E. E. Hartmann, leeraren in de Fransche
taal en letterkunde;
G. M. van Biemsdijk, leeraar in de Engelsche taal en
letterkunde
J. A. Sormani, leeraar in de Hoogduitsche taal en letter
kunde
D. .1. van Enst, leeraar in de Hoogduitsche taal en
E. J. H. Pollen, leeraar in de gymnastiek.
Er waren twee vacatures, n.l. voor geschiedenis en staats
wetenschappen en voor handteekenen, terwijl tijdelijk aan
gewezen waren de heeren:
H. M. Burwinkel, doctorandus in de Nederlandsche let
teren, voor geschiedenis
S. J. van der Meulen, voor staatsinrichting;
B. J. Krijgsman, voor staathuishoudkunde en Mejuffrouw
H. A. Smits voor handteekenen.
Evenals vorige jaren waren nog aan de school verbonden
H. J. Thiellier, als amanuensis voor natuurkunde, schei
kunde en natuurlijke historie en
C. A. Vos als concierge.
4