8
No. 488.
Aan
Zijne Excellentie den Minister van
Waterstaat
te
's-Gravenhage.
Bij Koninklijk Besluit van 22 Januari 1912 werd aan
liet Heemraadschap van Mark en Dintel concessie verleend
tot heffing van vaart- en schutgelden van schepen en hout
vlotten. Aangezien dat Koninklijk Besluit in verband met
de totstandkoming van het Wilhelminakanaal moet wor
den herzien, verzoekt onze Kamer U, met verschuldigden
eerbied, voordat eene verlenging van concessie mocht wor
den goedgekeurd, haar in deze aangelegenheid te hooren,
ten einde de belangen van handel en industrie der gemeente
Breda te kunnen behartigen.
No. 489.
Aan
het Bureel der Gecombineerde Vergadering
van Limburgsche en Noord-Brabantsche
Kamers van Koophandel en Fabrieken
te
Venlo.
Mijne Heer en,
Uw geëerd schrijven, gedagteekend 8 Juni 1914 kwam,
blijkens den poststempel eerst den 16den d.a.v. in ons bezit
en kon tot ons leedwezen niet terstond worden behandeld,
wat U gelieve te verontschuldigen.
Ons voorstel met toelichting, voor de eerlang te Venlo
te houden gecombineerde vergadering, luidt als volgt
„De Gecombineerde vergadering van Kamers van Koop
handel en Fabrieken in Limburg en Noord-Brabant besluiten
