Directie en opzicht.
Werklieden-personeel.
Bij raadsbesluit van 17 Maart 1915 werd de heer M. F.
M. G. Keulen benoemd tot directeur der gemeente-reiniging
met bepaling, dat deze benoeming voorloopig zal gelden tot
aan het tijdstip, waarop eene reorganisatie van den reini
gingsdienst of eene andere indeeling van gemeentelijke dienst
tak ken mocht worden ingevoerd.
Door de mobilisatie bleef de vaalt-opzichter S. M. van
Cortenberghe sedert de maand Augustus 1914 aan den dienst
der gemeente-reiniging onttrokken. Als opzichters fungeerden
P. J. Schoenmakers en C. J. Noyens.
Tot tijdelijk klerk voor het incasseeren der gelden en
controleeren van den verkoop der meststoffen werd benoemd
Frans Freijsen, ingaande 26 Maart 1915.
Op 31 December 1915 bedroeg het aantal vaste; werklieden
der gemeente-reiniging 38 t.w. 1 machinist voor het be
dienen der stoomluchtpompen
1 stalknecht
4 voerlieden bij den tonnendienst
5 vuiinisdienst
4 voor diverse diensten
1 arbeider bij den buizenwagen
23 arbeiders voor diverse diensten.
Bovendien waren 2 hulparbeiders in dienst der gemeente-
reiniging.
De gezondheidstoestand der arbeiders was gunstig. Ern
stige ongevallen kwamen niet voor.
Wegens gevorderden leeftijd werd door B. en W. op hun
eigen ver-zoek eervol ontslag verleend aan de voerlieden
Adr. Martens en Ant. Hermans.
In vasten dienst werden door B. en W. aangesteld de
werklieden Corn. Schoormans en A. van Dongen, beiden na
een proeftijd van ruim één jaar.
Nagenoeg alle werklieden maakten gebruik van de toe-