2 In de barak werden opgenomen 20 patiënten 4 van het mannelijk, 16 van het vrouwelijk geslacht 5 lijdende aan roodvonk 11 aan diphtherie en 4 vermoedelijk lijdend aan diphterie. Van deze laatsten bleek bij nader onderzoek geene aan diphterie te lijden. Eene patiënte lijdend aan roodvonk overleed 3 waren op 1 Januari 1916 nog aanwezig de overigen werden in den loop van het jaar, genezen ontslagen. De voeding en verpleging der zieken in deze afdeeling werden evenals in vorige jaren verricht door de Eerw. Zusters van het Elisabeth-gasthuis met de bekende zorg en toewijding. Het aantal verpleegdagen bedroeg 355. Twintig maal werden de toestellen voor ontsmetting ge bruikt en werden, behalve diverse lokalen in de barak, 1 rijtuig en 10 woningen ontsmet. In het lijkenhuis werden opgenomen een drenkelingi, een dood geboren kind, een man die op straat plotseling over leed, een meisje dat geschoten was en in het Elisabeth- gasthuis overleden, zulks ter verrichting van een justitieel onderzoek, een man, die overreden was. De genees- en verbandmiddelen voor de in het ziekenhuis verpleegde armlastigen werden uit de gemeente-apotheek verstrekt, voor de anderen geschiedde zulks door den apo theker aangewezen door den belanghebbende. De gemeente-geneesheeren waren op de door het gemeente bestuur vastgestelde dagen en uren aanwezig tot het gratis verrichten van vaccinatiën en revaccinatiën. Hiervan werd een ruim gebruik gemaakt. De vereeniging voor vacantiiekolonies der gemeente Breda, maakte een maal van enkele lokalen gebruik ter keuring van de uit te zenden kinderen. Het consultatiebureau voor tuberculoselijders hield iederen Woensdag zitting. De vereeniging ter bescherming van zuigelingen te Breda maakte geregeld Dinsdagmiddag gebruik van de ter be schikking gestelde lokalen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1915 | | pagina 252