18
Twee adviezen aangaande ontheffing van art. 14
wenscht de Commissie afzonderlijk te vermelden, n.l.
dat aangaande de aanvrage om ontheffing door de firma
Ph. Pvan Baak, leder- en drijfriemenfabriek, Ter-
heijdemsche Weg nr. 41 en dat aangaande de aanvrage
van de N. V. Nederlandsche Groenten- en Vruchten-
drogerij, Nijverheidssingel te Breda, beide dateerende
van 15 December 1915, omdat die adviezen èn in den
Raad èn in de plaatselijke dagbladen scherp gekritiseerd
zijn en door den heer Directeur der gemeentebedrijven
in zijn advies aan Burgemeester en Wethouders zelfs
onredelijk genoemd zijn.
Alvorens daartoe over te gaan stelt de Commissie
er prijs op te verklaren,' dat bij de beoordeeling van
ontheffingen van art.14 en het uitbrengen van adviezen
steeds uitsluitend zakelijke overwegingen bij haar gelden
getoetst aan het belang der volksgezondheid.
De adviezen luiden als volgt:
Gezondheidscommissie
v. d. Gemeente Breda.
Onderwerp
Uitzondering op verbod art. 14
Antw. op schrijven dd. 27 Nov. 1915
Ag. No. 228 le Bureau.
De Gezondheidscommissie voor de gemeente Breda,
gezien de aanvrage van de firma Ph. P. van Baak
om uitzondering op verbod art. 14 der Bouwverordening
bij de uitbreiding van hare leder- en drijfriemenfabriek,
kadastraal bekend Sectie B Nos. 5429 en 4096, mede
gelegen aan den Terheijdenschen weg No. 41 alhier,
gezien de overgelegde teekeningen, overwegende,
dat het te bouwen terrein, door de firma van Baak
gekocht van de Wed. van Boxsel, afgaat van het
No. 90.
Breda, 15 Dec. 1915.
