Onderwerp No. 907. Uitzondering op verbod art. 14 Breda, 15 Dec. 1915. Ag. nr. 220, le Bureau, der Bouwverordening. Antwoord op schrijven d.d. 22 November 1915. De gezondheidscommissie voor de gemeente Breda, gezien de aanvrage van de N. V. Nederl. Groenten- en Vruchtendrogerij te Breda om uitzondering op verbod art. 14 der Bouwverordening voor het maken van een ombouwing van eenen stoomketel, te plaatsen op het open terrein van het perceel Middenlaan nr. 90, ka dastraal nummer niet opgegeven, medegezien de overgelegde teekeningen, welke echter, als zijnde geen situatie-teekeningen, onvoldoende zijn, heeft de eer, onder terugzending der overgelegde stukken, U mede te deelen, dat de Commissie ter plaatse heeft bevonden dat de bouw, waarvoor de uitzondering wordt gevraagd, na genoeg geheel is voltooid, zoodat art. 14 der Bouw verordening is overtreden, dat het verzoek strekt om het open terrein bij het gebouw van het „Leger des Heils" behoorende en daar mede een geheel uitmakende, nagenoeg over de geheele diepte te mogen bebouwen, zooals het thans reeds zonder de vereischte uitzondering bebouwd is, en daar door ongetwijfeld dat perceel in een ongunstiger toe stand komt en niet meer voldoet aan de voorschriften der bouwverordening, dat de belendende woningen, gelegen in den gang naast het perceel, waarvoor uitzondering wordt ge vraagd, in een ongunstiger toestand zijn gekomen en bij inwilliging van het verzoek zullen blijven, bovendien overwegende, dat de aanvrager niet is eigenaar van het perceel.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1915 | | pagina 277