21 Jan. 1916.
21
zoodat hem bij inwilliging van het verzoek niet kunnen
worden opgelegd de gebruikelijke en noodzakelijke
voorwaarden, o.a. dat geen verandering mag worden
gebracht in de grenzen van het perceel.
dat de aanvrager wel te kennen geeft, dat de in
stallatie van tijdelijken aard zal zijn, doch eene der
gelijke vage, tot niets bindende uiting van geen invloed
behoort te zijn bij de beoordeeling dezer zaak en bo
vendien art. 14 der Bouwverordening geen verschil
maakt tusschen tijdelijke en blijvende gebouwen,
adviseert de gevraagde uitzondering op verbod art.
14 der Bouwverordening niet te verleenen.
De Commissie voornoemd:
(get.) W. G. II. ROMBOUTS, Voorzitter,
(get.) F. HOHMANN, Secretaris.
De adviezen van den heer Directeur der Gemeente
bedrijven aan Burgemeester en Wethouders luiden
als volgt
Onder terugzending van de ongedagteevende aanvrage
der firma. Ph. P. van Baak (gestempeld als ingekomen
26 Nov. 1915) met drie teekeningen in tweevoud en
van het desbetreffende advies der Gezondheidscommissie
van 15 Dec. 1915, No. 811, heb ik de eer UEAn. het
volgende mede te deelen.
De vraag of de toevoer van licht en lucht tot de
ontworpen fabrieksuitbreiding en tot de bestaande
fabriek voldoende zal zijn. dient de Arbeidsinspectie
te beoordeelen.
Wat de omgeving betreft, blijkt uit de situatieteeke-
ning voorkomende op biz. I, dat de nieuwbouw naai
de zuidzijde zal belenden aan het open terrein van
het perceel Terheijdenschenweg No. 40, naar de oost-