Splitsing dier klasse is dus dringend noodig, indien het
aantal leerlingen zoo groot blijft.
Van de gemeente-teekenschool kan over het jaar 1915
het volgende worden vermeld.
1°. Bij Raadsbesluit van 3 October 1914 werd tot
plaatsvervangend directeur benoemd de heer J. J. Harte,
directeur der ambachtsschool, welke functie door hem werd
vervuld tot 1 Augustus 1915, zijnde het tijdstip waarop
de inmiddels bij Raadsbesluit van 13 Maart 1915 benoemde
directeur, de heer A. H. S. Wirtz, zijne betrekking aan
vaardde.
Den leeraar E. A. Adam, werd op zijn verzoek met in
gang van 1 April eervol ontslag verleend als leeraar in
het machineteekenen. Bij de oproeping van een opvolger
meldde zich slechts één sollicitant aan, namelijk de heer
A. A. Bakkeren', daar hij niet in het bezit der vereischte
bevoegdheid is, werd hij tijdelijk benoemd bij Raadsbe
sluit van 9 October, voor den cursus 19151916.
Ook werden bij Raadsbesluit van 7 September wederom
tijdelijk benoemd voor den cursus 1915 1916 de heeren
J. H. Bossink als leeraar in het machineteekenen, W. J.
Bossink als leeraar in het smidsteekenen en H. Kortenbroek
als leeraar in het meubelteekenen.
De heer C. A. van Oijen kon wegens de mobilisatie
zijne betrekking als leeraar in het rechtlijnig teekenen niet
vervullen en werd als zoodanig vervangen door den heer
J. J. V. E. Mathijs, die zich met ingang van 1 Februari
voor de waarneming van deze betrekking niet meer be
schikbaar stelde. De leerlingen zijner klasse werden nu
voor den verderen duur van den cursus ingedeeld bij de
andere klassen.
Bij het begin van den cursus 1915-1916 werd ter
vervanging van den heer C. A. van Oijen, bij Raadsbesluit
C. De Gemeente-teekenschool.
