Aan den raad der gemeente Breda.
Het is mij een aangename taak UEdelachtbaren weer eens
verslag uit te brengen aangaande de boekerij en bet archief
aan mijne zorgen toevertrouwd.
De bibliotheek bevindt zich in goeden staat. Wordt er al
niet meer zulk een druk gebruik van gemaakt als vroeger,
er zijn er toch altijd nog, die hare groote waarde en be-
trekkelijken rijkdom schijnen te kennen en er hun voordeel
mede doen.
Wat het Archief betreft het plan, dat ik sinds ettelijke
jaren tracht te verwezenlijken, nadert zijnevoltooiing. De
doop-, trouw- en begrafenisregisters zijn bijna allen alpha-
betisch en lexieographiseh door mij bewerkt. Dit jaar kwamen
weer genoemde registers der Blrugstraatsche kerk gereed en
begon ik die der Nieuwstraatsche kerk te bewerken. Het
doen van genealogische nasporingen is op die wijze .zeer
veel vergemakkelijkt, hetgeen mij telkens blijkt, wanneer op
dat gebied mij vragen worden gesteld. Er behoeft nieit meer
langen tijd te worden gezocht en dat vaak te verjgeefs
het antwoord kan na eenige minuten worden gegeven, en
kan aanstonds worden uitgemaakt of hetgeen men zoekt al
of niiet hier moet worden gezocht.
Aan velen, die ook dit jaar weer het archief bezochten,
of om allerlei inlichtingen zich tot mij wendden, kon ik tot
mijn genoegen een bevredigend antwoord geven. Het geheele
jaar door waren bijna iederen zitdag eenige heeren ten
mijnen kantore werkzaam tot het doen van nasporingen op
allerlei gebied.
Van andere archieven en van Universsiteits-bibliotheken
werden mij stukken gezonden, welke door de verschillende
aanvragers onder mijn toezicht konden worden geraadpleegd.
En zoo werden ook door mij met hetzelfde doel stukken
naar elders gezonden.
Voor het archief werd mij dit jaair ten geschenkei gezonden:
Verslagen omtrent 's Rijks oude Archieven. XXXVIII
(2 deel en).
Inventaris van kaarten en teekeningen door C. de Waard.
(Rijksarchief in Zeeland)
