2 Directie en opzicht. Administratie. Werklieden-personeel. De directie bleef opgedragen aan den heer M. F. M. G. Keulen, die werd bijgestaan door de opzichters P. J. Schoen makers en C. J. Noijens. De vaaltopzichter SS. M'. van Corten- berghe was nog steeds sedert 1 Aug. 1914 onder de wapienen. De tijdelijke klerk Fr. Freijsen bleef belast met het in- casseeren der gelden voor verkochte meststoffen. Aan den opzichter C. J. Noijens werd wegens meerdere diensten, bewezen gedurende de afwezigheid van den vaalt opzichter eene gratificatie toegekend van f 75. Op voorstel van den directeur der gemeente-reiniging be sloten Burgemeester en Wethouders tot invoering van eene commerciëele boekhouding onder geregeld toezicht van den accountant H. Sparrius te Vlaardiinen. Op 31 December 1916 waren in vasten dienst der ge meente-reiniging 1 machinist 1 stalknecht 3 voerlieden bij den tonnendienst 5 vuilnisdienst 6 ruimdienst 1 arbeider buizenwagen 5 arbeiders a. d. mestvaalt 15 voor diverse diensten 4 hulp ar beide,rs voor diverse diensten. Totaal 37 arbeiders en 4 hulparbeiders. Een der arbeiders was gemobiliseerd. De gezondheidstoestand was zeer gunstig. Geen ongevallen van ernstigen aard waren voorgekomen. Door Burgemeester en Wethouders werden in vasten dienst der gemeente-reiniging aangesteldde hulp-arbeiders Corn. Voeten en P. Hermans. Eervol ontslag werd verleend aan de werklieden C. P. gSehoqrmans en L. de Groot.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1916 | | pagina 258