12 HOOFDSTUK III. Toestand van water, bodem en lucht en hetgeen tot verbetering daarvan is verricht. A. Waterloopen, enz. De onhygiënische toestand achter de woningen aan den Tram singel en aan de Beekstraat, veroorzaakt door stinkende poelen achter die woningen en door de walgelijke sloot langs het Dijkje, is nog niet verbeterd, doordat er nog geen verbetering is geko men in den afvoer van het fabriekswater der Jamfabriek te Princenhage. De Commissie adviseerde aan Burgemeester en Wethouders van Breda den afvoer van dat fabriekswater naar de Singelgracht te gedoogen onder verschillende voorwaarden, waarvan de voor naamste, dat het fabriekswater door middel van een septic tank afdoende gezuiverd zou zijn alvorens het afgevoerd zou worden, naar de Bredasche openbare wateren. Zij adviseerde tevens om niet toe te staan, dat door diezelfde afvoerleiding het menagewater en faecaliën van huizen gelegen aan den rijksweg nabij het //Duitenhuis", de Kolfbaanstraat en het Dijkje zou worden afgevoerd. Deze zaak is nog niet afgehandeld. B. Verzameling en afvoer van vuil, mestvaalten, goten, enz. Klachten van Door de Commissie zijn behandeld verschillende klachten van Particulieren enz. particulieren 1. de bewoner van het perceel 'Korte Boschstraat nr. 8 klaagde over stank in zijne woning, veroorzaakt door wegge worpen vuil in het gangetje achter die woning. De buurman die de hinder veroorzaakte zeide verbetering toe. 2. De bewoner van het perceel Ginnekenstraat 121a klaagde over stank in zijne woning, veroorzaakt door tegen den buiten muur opgestapelde pulp. De eigenaar daarvan is door Burgemeester en Wethouders op grond van art. 72 B. der Algemeene Politieverordening aange schreven die pulp te verwijderen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1916 | | pagina 285