16
40dêrwónii|- 11 ongeschikt ter bewoning, doch noodzakelijk te ver-
wet- beteren (art 11b, 14 en 40 der Woningwet) werden aangewezen:
Fellenoordstraat nos 36, 38 t/m 58. Gedeeltelijk verbeterd.
Woningwet. ongeschikt ter bewoning, doch alsnog in bewoonbaren
staat te brengen (art. 11a der Woninwet worden aangewezen de
woningen
Vlaszak No. 9 niet verbeterd
«11 idem
llaagdijk 25 verbeterd
25a gedeeltelijk verbeterd
Beyerd No. 31, 33 en 35 (Mosterdgang) niet verbeterd
Fellenoordstraat No. 60 en 62 gedeeltelijk verbeterd.
Woniiigwot1' ongeschikt ter bewoning werden aangewezen en onbewoon
baar verklaard, wegens het niet aanbrengen der noodzakelijk
geachte verbeteringen binnen den vastgestelden, tijd de woningen
Nieuwe weg no. 16 en 17.
Tot de woningen, door de commissie in vorige jaren onder
zocht en nog steeds niet voldoende verbeterd, behooren
1 woning Keizerstraat no. 34.
2 woningen Tramsingel no. 4 en 46
5 5, 6, 7, 8 en 9.
2 Koninginnestraat No. 97 en 97a, waarvan de
onbewoonbaarverklaring bij Raadsbesluit van 18 November 1916
werd ingetrokken.
Gedurende de jaren 1903 tot en met 1916 werden door de
Commissie onderzocht totaal 1054 woningen, waarvan 88 wer
den onbewoonbaar verklaard, 769 geheel en 30 gedeeltelijk
verbeterd133 kregen een andere bestemming, 10 werden ge
sloopt niet verbeterd doch de bewoning gestaakt 6, 15 moeten
nog verbeterd worden, van 3 toestand onbekend.
Het bijzonder daartoe aangelegd register betreffende alle onder
zochte woningen wordt regelmatig bijgehouden.
Wegens den grooten woningnood is in 1916 het woning-
onderzoek zeer beperkt geweest.
opheffing be- De eigenaar van de woningen Koninginnestraat nrs. 97 en
baarverkiaring.97a,welke in September 1912 onbewoonbaar waren verklaard,
kwam tegen die onbewoonbaarverklaring in beroep bij Gedepu
teerde Staten van Noord-Brabant.
De woningen waren onbewoonbaar verklaard, omdat de inge-