31 Reiehert Meisslgetal van het vet en de zuurgraad. Alle brooden werden als melkbrood verkocht, 10 brooden konden, echter niet voor zoodanig, doch ten hoogste voor melkbrood doorgaan. Water, asch(, vet, korst en aciditeit resulteerden met normale cijfers. Op de kwa liteit kon geen aanmerking worden gemaakt. Het brood van alle bakkers bleek goed doorbakken en vertoonde geen gaten. Gevonden: gewicht van het brood min. 308 gram, max. 438 gram, korst min. 10.5 max. 32.2 watergehalte min. 35.7 max. 42.9 ascli- gehalte min. 0.5 max. 0.9 vetgehalte min. 2.9% max. 4.3%; R. M. getal van het .vet. min. 6.2 max. 17.6; zuurgraad min. 1.3 max. 2.4. Bruinbrood. Veertien brooden afkomstig van verschillende bakkers werden in behandeling genomen. Vastgesteld werden het watergehalte van de kruim, het aschgelialtc (keukenzoutvrij), het gehalte aan ruw vezel en. dei zuur graad. Slechts één monster, t. w. een brood speciaal als verdacht voor onderzoek opgezonden moest worden afgekeurd wegens te hoogen zuurgraad (5.8). Dit brood verkeerde in ondeugdelijken toestand. Een brood, on derzocht op verzoek van den Hoofdambtenaar van Dis tributie bleek deugdelijk van samenstelling en verkeerde in deugdelijken toestand. Gevonden: water gehalte min. 37 max. 47.8 asch min. 1.1 max. 1..3 ruw vezel max. 2 zuurgraad min. 2.1 max. 3.8. Cacaopoeder. Van 26 monsters cacaopoeder, genomen bij verschillende winkeliers, gaven 6 monsters bij de, slib- proef te veel slibsel, t. wi. tot 14.8 op de vetvrije stof berekend, hetgeen eene toevoeging van gemalen cacao- schalen of eene onvoldoende reiniging der grondstoffen deed vermoeden. Over het algemeen is de samenstelling verder gunstig bevonden. Bepaald werden het watergehalte, het vet-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1916 | | pagina 360