22 Staat en onderhoud der gebouwen. De tot onze administratie behoorende gebouwen verkeeren over 't algemeen in goeden staat. In het afgeloopen jaar zijn de schooristeenen vernieuwd, waarvoor eene buitengewone uitgaaf van f 259,70 noodigi was. Voor waterverbruik door de bewoners werd f 75,80' en voor het ledigen der privaatputten f 17,50 betaald. De gewone onderhoudskosten niet medegerekend de bovenvermelde f 259,70 hebben bedragen f 124,04. Toestand der administratie in verband met den toestand van het armwezen. Het vermelde in dit verslag en de daarin voorkomende cijfers geven reeds een duidelijk beeld van den omvang van het armwezen in deze gemeente, alsmede vair de uitgaven door de gemeente en het burgerlijk armbestuur gedaan tot leniging van armoede en lijden. Da veirplegiingskosten in de ziekeninriehtingen voor de inwoners overtroffen die van 1915 met f 4618,64, terwijl die der Belgische vluchtelingen f 23-3.II5 beneden die van ge meld jaar bleven, zoodat deze verpleging eene meerdere uitgaaf eischte van f 4385,52®. Deze meerdere kosten zijn in hoofdzaak toe te schrijven aan de verhooging der verpleegkosten hiervoor bijl de zie kenverpleging omschreven, zijnde over 1916 het gezamenlijk aantal verpleegdagen slechts 62 hooger dan in 1915, waaruit men kan afleiden dat de gezondheidstoestand der behoeftigen bevredigend was. De verloskundige hulp eischte eene meerdere uitgaaf van f 15.en die der verstrekte voeding en reispenningen ten behoeve van doorreizende behoeftigen f 28,80®. Dit wat betreft de in het eerste gedeelte van dit verslag vermelde „armenzorg als maatregel van politie". Wat de „gewone armenzorg", vermeld in het tweede ge deelte van dit verslag, betreft, kunnen wij melden dat de ontvangsten vrijwel gelijk zijn aan die van 1915. Aan grond renten werd door den hoogeren prijs der rogge ruim f 60. meer ontvangen, aan collecten ongeveer f 50.aan arm- geMen van notarissen f 41.en aan woninghuur f 37,70. De terugontvangen gelden als bijdragen in de bestedings-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1916 | | pagina 618