ió Bij onderzoek bleek de klacht gegrond en bleek bovendien, dat de rioleering voor die huizen verstopt was. Aangezien de woningen zelf ook groote gebreken ver toonden, is de eigenaar aangeschreven overeenkomstig art. 14 Woningwet verbeteringen aan te brengen. 7. De bewoner van perceel Haagdijk y6a beklaagde zich dat de bewoner van perceel Haagdijk 76 al het menagewater, huisvuil, etc. voor zijn deur wegwierp, wat een ondragelijke stank veroorzaakte. Bij onderzoek bleken beide woningen zoo vervallen, dat zij door de Commissie voor onbewoonbaarverklaring aan Burgemeester en Wethouders werden aangewezen. Daar van bovengenoemde klachten niets naders werd ver nomen, mag aangenomen worden, dat de bezwaren zijn opgeheven. C. Verontreiniging van de lucht. (Stank van fabrieken enz.). Hierover kwamen geen klachten bij de Commissie in. D. Begraafplaatsen. Hieromtrent is niets te vermelden. HOOFDSTUK IV. V olkshuisvesting. woning- Jn den loop van het jaar IQ17 werd door de Commissie mderzoek. 1 J een plaatselijk onderzoek ingesteld in 113 woningen en wel In 22 woningen en erveo, teneinde advies te kunnen ver- leenen aan den Gemeenteraad van Breda inzake aangevraagde uitzondering op verbod van art. 14 der bouwverordening en inzake verlenging van tijdelijk verleende uitzondering (zje bladz. ói In 91 woningen, teneinde uitvoering te geven aan de woningwet en een besluit uit te lokken van Burgemeester en Wethouders, waarbij wordt gelast den bestaanden toestand te verbeteren of waarbij de betrokken woning onbewoonbaar wordt verklaard.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1917 | | pagina 237