lé de toelating meerdere aansluiting bij het lager onderwijs wordt verkregen. Uit de vaak van patroons en ouders vernomen mededee- lingen blijkt, dat de school zich mag verheugen in de sym pathie van vele belanghebbenden. Als gevolg daarvan kan de Commissie wijzen op een voortdurend stijgend aantal leerlingen. In de achtereenvolgende jaren bedroeg dit op 31 December in 1911 11 leerlingen. 1912 33 1913 40 1914 53 1915 58 1916 82 1917 —103 Vele oud-leerlingen ondervinden reeds de voordeelige ge volgen van de op deze school verworven kennis; zij kon den gemakkelijk hunne studie voortzetten en waren gewil de krachten bij Rijk, Gemeente en particulieren. Meer dan eens ontving de directeur der school brieven van vroegere leerlingen, waarin deze erkenden het succes hunner exa mens voor een groot deel te danken te hebben aan het ge noten grondig onderwijs op de handelsavondschool. Ten slotte hoopt de Commissie, dat ook vooral de kleine handeldrijvende middenstand nog meer tot het inzacht zal komen, dat vooral voor zijn kinderen, die later zijn opvol gers in zijn zaken zullen zijn, handelsonderwijs onontbeer lijk is. Hoewel het aantal leerlingen uit deze categorie van burgers toeneemt, blijft het toch voor een gemeente als Breda waar tal van winkeliers gevestigd zijn, gering. Moge de toe komst hierin verbetering brengen, mogen ook de nering doenden toch begrijpen, dat voor het in stand houden en uitbreiden van zaken handelskennis noodzakelijk is. Aldus vastgesteld in de vergadering der commissie voor de handelsavondschool van den 19 Februari 1918. J. C. CRAMERUS, Voorzitter. W. A. ROOVERS, Secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1917 | | pagina 486