F. Archief en boekerij.
I. Qud-archief
Het oud-archief, waaronder gerekend worden alle stukken
en schrifturen van vóór het jaar 1813, staat onder toezicht
van den gemeente-archivaris, die met de verzorging daarvan
is belast.
Bij het ingebruiknemen der nieuwe lokalen, bestemd voor
gemeente-secretarie, zijn ook de oude kerkelijke registers, op
den burgerlijken stand betrekking hebbende, onder de hoede
van den gemeente-archivaris gesteld.
IINieuw-archief
Het nieuw-archief is, na de ingebruikneming der nieuwe
kantoren ten stadhuize, gesplitst. Alles wat zuiver de gemeente
administratie raakt, is overgebracht naar het lokaal waar
vroeger het iste bureau der gemeente-secretarie gevestigd was.
De dagelijksche zorg daarvoor is opgedragen aan den adjunct
commies ter secretarie, den heer M. Ouint.
Het ander gedeelte van het nieuw-archief, uitsluitend be
staande uit gedrukte bescheiden, zooals couranten, handelin
gen van de staten-generaal, provinciale en gemeente-verslagen
enz. is overgebracht naar een der lokalen, vroeger in gebruik
bij het stedelijk museum. Dit archief, bekend als boekerij,
staat onder de zorg van den commies ter secretarie, den heer
P. W. van Gils.
IllBrandkluis.
De inhoud daarvan is in 1907 geïnventariseerd. Door in
deeling en nummering is de bruikbaarheid van den inventaris
bevorderd
G. Administratieve opgaven.
In 1917 werden door den gemeenteraad gehouden 18 open
bare en 5 besloten vergaderingen, tegen respectievelijk 19 en
4 in 1916.
Door burgemeester en wethouders werden wekelijks gehouden
twee vergaderingen, behalve die tot het opmaken der kohieren