Het totaal verlies voor Breda, Ginneken, Princenhage en Teteringen bedroeg 1' 105172 38. Van dit bedrag komt f 75773 255 up rekening 7i0 na deelig prijsverschil. Hiervan komt ten laste der gemeente Breda f55209.705. Het bedrijtsverlies bedroeg f 29399.125, waarv n de ge meente Breda f 18350.76;' voor haar rekening moet nemen. De Levensm ddelenvoorziening kostte dus aan de gemeente Breda l 73580.47 of f2.45 per inwoner. Bij de inwerkingstelling der bijzondere Commissie voor het Marktwezen, ontving deze van Burg. en Weth. het volgende schrijven Met de instelling der commissie wordt in het algemeen beoogd, het aanwijzen van den weg ter bevordering van het handelsverkeer ten bate, niet alleen van Breda, maar van de geheele landstreek, waarvan Breda kan geacht worden het middelpunt te zijn. Oppervlakkig beschouwd staat het marktwezen in deze streek ten achter met dat in andere oorden van ons vader land en de veronderstelling, dat de decentralisatie der markten over een uitgestrekt gebied met onvoldoende verkeersmiddelen, het groote euvel is, dat den bloei der markten, welke elders allerwege valt waar te nemen, hier dien bloei in den weg staat, lijkt niet gewaagd. Echter zal alleen een uitgebreid en nauwgezet onderzoek uitwijzen of die onderstelling waarheid bevat. Hoe dit ook zij, de taak, welke de commissie wacht, stempelt haar in de eerste plaats tot eene commissie van onderzoek en in de tweede plaats tot eene commissie van advies, daar zij naast de conclusiën, waartoe zij op grond der uitkomsten van haar onderzoek zal komen, om vruchtdragend te zijn noodwendig daarnevens 42 Aan de Bijzondere Marktcommissie, ingesteld bij raadsbesluit van 2 September 1913.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1917 | | pagina 594