VERSLAG omtrent Gemeente-Eigendommen en
-Inrichtingen en den Dienst der Openbare
Werken over het Jaar 1918.
1. PERSONEEL.
Het personeel der Openbare Werken bestond op 31 Decem
ber uit
een waarnemend-directeur,
een adjunct-directeur,
een opzichter, hoofdzakelijk belast met bestrating en rio-
leering,
een opzichter, hoofdzakelijk belast met gebouwen, brug
gen, enz.
een opzichter, tevens teekenaar,
een klerk
In de vacature van directeur der Openbare Werken werd
met ingang van 1 Augustus voorzien door de benoeming van
een waarnemend-directeur.
Voor het uitvoeren van rioleeringswerken werd gedurende
het tijdvak 22 April tot en inet 31 December ©en tijdelijk
opzichter aangesteld.
Het aantal werklieden in vasten dienst vermeerderde met 2.
Met ingang van 1 Juli 1918 werd aangesteld de tnetselaiar
A. van Boxsel en met ingang van 1 December 1918 de op
perman A. van Heugten.
Op 31 December 1918 waren in vasten dienst
4 straatmakers,
4 straatmakershelpers,
3 timmerlieden,
2 metselaars,
4 opperlieden,
2 baggerlieden,
3 wegwerkers,
Totaal 22.
