5
Rioolkolken.
Door aanschaffing van een vierde slikkar, meer speciaal voor
het scheppen der zinkputten bij particulieren, was het mogelijk
de rioolkolken der straten en pleinen evenals de centrale riool-
putten meer geregeld met drie slikkarren te bedienen, waardoor
verstoppingen ininder voorkwamen.
Urinoirs.
Vpor het reinigen der urinoirs werd aangekocht een hand-
watertransportwagentje 'met betel en standpijp Vo|or aansluiting
aan de brandkranen en voorzien van ia 11© gereedschap, noodig
voor het reinigen der urinoirs.
Deze inrichting bleek zeer doelmatig te zijn. Alle urinoirs
werden geregeld dagelijks één of tweelm'aal gereinigd en gedesin
fecteerd, 'zoodat klachten zeer zeldzaam waren.
Ophalen en verzamelen van huisvuil en ander vuilnis.
Het ophalen Van huisvuil geschiedde op de gewone regel
matige wijze; klachten kwamen hoegenaamd niet voor. Over
het algemeen waren 'de hoeveelheden verzameld huisvuil minder
dan andere jaren, ^waarschijnlijk lals gevolg van minden stook-
mlateriaal en zuiniger gebruik in de huishouding.
Voor particuliere rekening werden eveneens minder karren
vuil afgehaald dan in het vorige dienstjajar.
Tonnendienst.
Op 31 December 1918 waren vloor den tonnendienst nog
slechts circa 200 tonnen in gebruik, hoofdzakelijk in nood
woningen en huizen, waarvppr om bijzondere reden dóór B.
en W. uitstel tot het plaatsen Van leen priva,atput Verleend werd.
Pneumatisch ledigen der privaatputten.
Hoewel het aantal priVaatputtien wederoih wiais toegenomen,
kon worden volstaan inlet het aanwezige materiaal. Wel deed
zich zeer de noodzakelijkheid geVoelen voor aanschaffing van
een derde stoom-luchtpomp, daar bij eVentueele groote repa
ratie :aa;n een der luchtpoin'pen reserve ontbreekt.
