VERSLAG over den toestand van het Middelbaar
Onderwijs in de gemeente Breda gedurende
het jaar 1918-
In de gemeente Breda waren in het jaar 1918 de vol
gende inrichtingen van middelbaar onderwijs:
A. De Rijks hoogere burgerschool met vijfjarigen cursus
B. De burgeravondschool met vierjarigen cursus
C. De gemeentelijke teekenschool met zesjarigen cursus.
De commissie van toezicht op het middelbaar onderwijs
bestond op 1 Januari 1918 uit de heeren Mr. E. O. J.
M. Ear on van Hövell tot Wester flier, Br. H. J. L. Struijcken,
Dr. C- van Eijk, Mr. H. J. J. van den Eiesen, en J. J.
Verbeeten. Eerstgenoemde bekleedde de functie van voorzitter,
laatstgenoemde die van secretaris.
Door de benoeming van Mr. Baron van Hövell tot Wes
ter flier tot Commissaris der Koningin in de provincie Lim
burg ontstond op het einde van October in de commissie een
vacature, die op 31 December 1918 nog niet was aangevuld.
De commissie brengt hier aan Mr. Baron van Hövell tot
Westerflier gaarne haar dank voor de belangstelling, die hij
als Burgemeester van Breda en als Voorzitter der Commissie
in het onderwijs heeft getoond.
De Commissie vergaderde vijf malen. In haar vergaderingen
werden o.m. besproken, de vaststelling van het jaarverslag,
de begrootingen der burgeravondschool en der teekenschool,
benoemingen en herbenoemingen van leeraren, de herziening
van de salarissen, verschillende huishoudelijke zaken, en de
reorganisatie van het onderwijs aan de ambachtsschool, de
burgeravondschool en de teekenschool. Uit de commissie
van toezicht op de ambachtsschool en die op het middelbaar
onderwijs werden de heeren Mr. Baron van Hövell tot
Westerflier, Br. Struijcken, Lijdsman en Verbeeten aange
wezen om de reorganisatie van deze drie inrichtingen nader
voor te bereiden.