uit te brengen. Betreffende twee aanvragers bracht de Kamer een gunstig advies uitwat de andere twee aanvragen betreft, meende de Kamer aan den Raad te moet adviseeren niet tot benoeming over te gaan. De Kamer was van oordeel, dat beide aanvragers, zijnde agent of inspecteur speciaal in dienst van één verzekeringsmaat schappij, niet voor benoeming in aanmerking konden komen, daar art. 65 van het Wetboek van Koophandel dienaangaande duidelijk bepaalt „In het vak of de vakken, waarin zij makelaar zijn, mogen zij voor eigen rekening, noch zelve, noch door tusschenkomst van an deren, noch in commissie handel drijven, enz." De meening van den Raad te dezer zake was verdeeldten einde een juist inzicht te krijgen besloot de Raad advies in te winnen van een tweetal rechtsgeleerden en van de Kamers van Kooph. en Febr. te Amsterdam en Rotterdam. Deze adviezen toonden aan dat de opvatting der Kamer in prin cipe juist was, doch dat in de practijk herhaaldelijk daarvan afge weken werd, op grond hiervan besloot de Raad met een kleine meerderheid in anderen zin dan het advies der Kamer luidde. De Kamer was vertegenwoordigd door haren voorzitter op de gecombineerde vergadering van de Kamers v. K. en Fabr. in Neder land gehouden te Utrecht den 6 November 1918, naar aanleiding der voorgenomen Reorganisatie der Kamers. Verder bij de op 3 Dec. te 's-Gravenhage gehouden vergadering van den Raad van Vereenigingen belanghebbend bij den Nederl. Im- en Export betreffende de N.O.T. en de N.U.M. door den voor zitter en den heer Ch. Smits. De Kamer werd lid van de Kamer van Koophandel te Génève. Algemeen Overzicht van den toestand van handel en nijverheid in Breda en omstreken gedurende 1918. 1918, het jaar van de beëindiging van den grooten Europeeschen oorlog, kan wat betreft handel en industrie, in twee gedeelten ge splitst worden. Vóór het sluiten van den wapenstilstand zien we in alle takken van nijverheid en handel in het algemeen een grooten bloei en gunstige finaneiëele resultaten. De wapenstilstand, einde lijk gesloten na 4 jaren van wreeden en moordenden krijg en door millioenen begroet als de bevrijding van een alles vernietigend on heil, had juist op handel en industrie in deze streken een zoodanig

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1918 | | pagina 475