VERSLAG omtrent gemeente-eigendommen en -inrich tingen en den dienst der openbare werken over het jaar 1919. 1. Personeel. Het personeel der Openbare Werken bestond op 31 December uit: 1 directeur, 1 adjunct-directeur, 1 opzichter, hoofdzakelijk belast met bestrating en rioleering, 1 opzichter, tevens teekenaar, 2 tijdelijke teekenaars, 1 klerk, 1 tijdelijk klerk. De opzichter Th.^H. van Lieshout, hoofdzakelijk belast met het onderhoud van gebouwen, bruggen, enz. is met ingang van 1 December 1919 eervol ontslagen. De tijdelijk klerk (A. Oomen) is aangesteld 15 Maart 1919. Voor de uitvoering van bestek No 2 (maken van een kademuur) was gedurende 4 maanden een tijdelijk opzichter in dienst. Het aantal werklieden in vasten dienst vermeerderde met één. Met ingang van 1 Maart 1919 werd aangesteld de grondwerker O. van Gils Jnr. Op 31 December 1919 waren in vasten dienst: 4 straatmakers. 4 straatmaker-helpers. 3 timmerlieden. 2 metselaars. 4 opperlieden. 2 baggerlieden. 4 wegwerkers. Totaal 23 Aan twee der werklieden werd het gebruikelijke diploma met gratificatie uitgereikt voor 25-jarigen onafgebroken dienst. Behalve bovengenoemde werklieden in vasten dienst zijn nog een aantal losse werklieden gedurende eenige maanden in dienst geweest.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1919 | | pagina 101