school voor ambachtslieden, met ingang van 1 Mei 1919 en
1 Oct. 1919.
J. J. Vissers, tot jongste bediende bij de lichtbedrijven, met
ingang van 1 April 1919.
A. F. W. van Amelsfoort, tot leeraar aan de avondschool voor
ambachtslieden, met ingang van 1 Oct. 1919.
H. G. W. Bannink, tot adj.-inspecteur van politie, met ingang-
van 1 November 1919.
W. M. van den Brink, tot adj.-inspecteur van politie, met ingang
van 16 November 1919.
A. B. L. Brouwers, tot schrijver ter secretarie, met ingang van
1 November 1919.
G. F. Fortanier, tot adj -inspecteur van politie, met ingang van
1 December 1919.
C. de Jong, tot leeraar aan de avondschool voor ambachtslieden,
met ingang van 1 October 1919.
L W. F. Klees, tot jongste bediende bij de lichtbedrijven, met
ingang van 1 April 1919.
A. W. Lemson, tot leeraar aan de avondschool voor ambachts
lieden, met ingang van 1 October 1919.
G. van der Ploeg, tot schrijver ter secretarie, met ingang van
16 November 1919.
L. A. van Reijen, tot leeraar aan de avondschool voor ambachts
lieden, met ingang van 1 October 1919.
C. J. Rops, tot leeraar aan de avondschool voor ambachtslieden,
met ingang van 1 October 1919.
C. P. Rijnties, tot schrijver ter secretarie, met ingang van 16
November 1919.
M. J. van Sas, tot leeraar aan de avondschool voor ambachts
lieden, met ingang van 1 October 1919.
B. VV. van Schijndel, tot schrijver ter secretarie, met ingang
van 16 November 1919.
J. Spijk, tot jongste bediende bij de lichtbedrijven, met ingang-
van 15 November 1919.
S. Straatsma, tot opzichter-teekenaar bij openbare werken, met
ingang van 11 Augustus 1919.
J. F. Vonk, tot jongste bediende bij de lichtbedrijven, met ingang
van 1 Maart 1919.
P. J. van Well tot opzichter-teekenaar bij openbare werken
met ingang van 1 November 1919.