4
Met het oog op eene eventueel aan te schaffen autosproeiwagen,
is nog geen vijfde sproeiwagen aangekocht.
Aan het onderhoud van de verschillende voertuigen werd be
hoorlijk de hand gehouden.
Een tweede rijwiel werd aangeschaft en in gebruik gegeven
aan den opzichter Sloots.
Op 31 December 1919 waren in gebruik bij de Gemeente
reiniging
2 stoomluchtpompen,
11 faecaliënwagens..
2 buizenwagens met buizen,
4 sproeiwagens
2 tonnenwagens, (1 voor privaat- en 1 voor slagerstonne»)
3 platte wagens, (gewijzigde tonnenwagens)
1 veegmachine, (met reserve rolbezem)
7 vuilniswagens,
6 vuilniskarren, (stuipkarren)
4 slikkarren,
9 sectiewagentjes, (veegdienst)
1 handwagen,
1 liaspelsproei wagentje,
1 haspelwagentje voor het schoonspuiten der straten,
1 waterwagentje voor urinoirs,
4 kruiwagens,
2 rijwielen.
Straatreiniging.
Aan het schoonhouden der straten en pleinen werd de meeste
zorg besteed, vooral door het in dienst stellen van meer sectie
wagentjes, waardoor vooral de straten in de binnenstad meer
malen per dag kunnen geveegd worden.
Wenschelijk ware het dat alle straten vóór den middag geveegd
werden en niet zooals tot nu toe gebruikelijk, de meeste achter
buurten met het op straat geworpen vuil, eerst des namiddags
geveegd worden. Op de bewoners van verschillende straten en
gangen werd nauwlettend toezicht gehouden omtrent het mede
geven van huisvuil met de vuilniswagens. Het kwam meermalen
voor dat het huisvuil van die bewoners, nadat de straten geveegd
waren, alsof liet eene gewoonte was, op de straat tegen een boom
of schutting werd geworpen en aldaar bleef liggen tot den