44 MILITIE. HOOFDSTUK VII. Het getal ingeschrevenen in het jaar 1919 voor de lichting 1920 bedroeg 270, waarvan er 24 vóór hunne inschrijving zich vrijwillig verbonden hadden bij het leger. Van de ingeschrevenen werden er vrijgesteld: a. wegens lichaamsgebreken 46 b broederdienst59 c. eigen vrijwilligen dienst 10 cl. geestelijke (tijdelijk) 7 e. (voor goed) 1 f. kostwinnerschap1 Er werden uitgesloten voor goed1 voorloopig1 Totaal 126 ingeschrevenen. Er werden alzoo voor den dienst geschikt geacht144 ingeschrevenen. In 1919 hadden in deze gemeente, tengevolge der mobilisatie, nog enkele inkwartieringen plaats van officieren en manschappen, behoorende tot verschillende onderdeelen van het leger. Aan vergoeding is voor deze inkwartiering betaald f 8644,90. Aan vergoeding voor militie-, landweer- en landstormplichtigen is in 1919 uitgekeerd f 157d00,80. Schictvereenigingen. In deze gemeente zijn gevestigd de volgende schietvereenigingen ter verhooging van 's lands weerbaarheid, n.l. 1. Koninklijke scherpschuttersvereenigingGodevaert Montens", opgericht 4 December 1866, erkend bij Koninklijk besluit van 12 Mei 1867, no. 49 2. Schietvereeniging „St. Huberlus" (onder afdeeling van den R. K. Volksbond) 8. Scherpschuttersvereeniging „Engelbert van Nassau", erkend bij Koninklijk besluit van 21 Mei 1907, no. 32. Uit de jaarverslagen over 1919 dier vereenigingen blijkt, dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1919 | | pagina 46