8 HOOFDSTUK III. Toestand van water, bodem en lucht en hetgeen tot ver betering daarvan is verricht. A. Waterloopen. Hieromtrent valt niets te vermelden. B. Verzamelingen en afvoer van vuil, mestvaalten, goten, enz. Door de commissie zijn de navolgende klachten behandeld Klachten van [)e rioolput waarop een 24 tal huizen aan de Fellenoord- particulieren. r r straat loozen, was verstopt doordat geen der eigenaars genegen was de put te reinigen. Door een overeenkomst met den gemeen- telijken reinigingsdienst werd hierin voorzien. 2. De eigenaar van perceel St. Annastraat 4, klaagde erover dat door demping van de Mosselkreek de afvoer van zijn pri" vaten was opgeheven. Door het maken van een beerput werd in het euvel voorzien. 3. Een bewoner van het Kerkplein klaagde over den stank die verspreid werd door het daar geplaatste urinoir, hetwelk ge regeld verontreinigd werd met faecalien. De commissie wendde zich naar aanleiding dezer klacht tot Burgemeester en Wethouders, die toezegden, dat het urinoir twee maal per dag zou worden schoongemaakt en voorzien van een gaslantaarn. C. Verontreiniging van de lucht. (Stank van fabrieken enz.) Hieromtrent is niets te vermelden. D. Begraafplaatsen. Hieromtrent is niets te vermelden. HOOFDSTUK IV. V olkshuis vesting. Woningonder- Jn Jen Joop van het iaar 1920 werd door de commissie een zoek. r plaatselijk onderzoek ingesteld in 63 woningen en wel in 28 woningen en erven, ten einde advies te kunnen ver- leenen aan den gemeenteraad van Breda inzake aangevraagde

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1920 | | pagina 150