34 vaak verkeerd wordt aangewend, n.l. om de adviezen van den geneesheer af te breken. 6. De woningtoestanden hebben ongetwijfeld invloed op de kindersterfte, vooral nu door den grooten woningnood zeer vele gezinnen slechts een eenkamerwoning hebben. 7. De begrafenisfondsen hebben beslist een slechten invloed. Herhaaldelijk blijkt, dat kinderen in meer dan een fonds zijn verzekerd. Verbetering van het sterftecijfer is te verwachten met de volgende maatregelen 1. Verbetering van de mentaliteit der bevolking door volks ontwikkeling. 2. Verbetering in de kennis omtrent zuigelingenzorg door moedercursussen, maar nog meer door middel van uit den beteren stand gerecruteerde, ontwikkelde en goed opgeleide kraamvrouwen verpleegsters. 3. Ruimere verloskundige hulp, zoodat de vroedvrouwen meer tijd hebben voor nabezoeken en voor toezicht op de zuigelingen. 4. Ruimere en praktische opleiding van kraamvrouwverpleeg sters. Betere bezoldiging van die verpleegsters, zoo noodig met sub sidie uit de gemeentekas voor diensten verleend aan on- en minvermogenden. 3. Wettelijk toezicht op de begrafenisfondsen met verbod van verzekering van kinderen beneden den leeftijd van twee jaar. (In België bestaat een dergelijke wet sedert 1906 leeftijds grens 5 jaar 6. Financieele en moreele steun aan vereenigingen, die zich de bescherming van den zuigeling ten doel stellen en van de maatregelen, door die vereeniging genomen of te nemen als Zuigelingencontrole, voedselverstrekking aan zwakke zoogende moeders, verstrekking van voedsel voor uit noodzaak kunstmatig gevoede zuigelingen, premie aan de ouders bij normalen groei van den zuigeling, etc.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1920 | | pagina 176