zijn, van wie de vorderingen wel altijd onvoldoende zullen blijven,
zoodat z.i. een school voor buitengewoon lageronderwijs te Breda
in een groote behoefte zou voorzien.
Het hoofd der school Nieuwehuizen, die zich reeds verheugde
in 't bezit van een zevende lokaal, schept zich 't troostelooze
vooruitzicht, dat het volgend jaar een nieuwe schoolgeldregeling
alles door elkaar zal werpen
Herhalingsonderwijs.
De herhalingsschool voor jongens aan de Kloosterlaan begon
1 October 1920 met 70 leerlingen voor de gewone vakken, ver
deeld over vijf klassen, en 11 leerlingen voor de Fransche taal.
Op 4 Januari 1921 bedroeg dit aantal 77 voor de gewone vakken
en 10 voor de Fransche taal. Er was dus geen verloop, maar
stijging van het aantal leerlingen. Ook bij dit onderwijs was
het verzuim gering.
Aan het herhalingsonderwijs voor meisjes aan de Middellaan
namen deel 13 meisjes, alle leerlingen der Openbare Scholen.
Vooral het onderwijs in de Fransche Taal hield de kinderen ge
bonden, die waarschijnlijk tengevolge der verkorte werk-week
op Zaterdag moeilijk tot geregeld schoolbezoek te brengen zijn.
In het aantal Bijzondere Scholen dezer gemeente kwam in 1920
geen verandering.
Onze Commissie vergaderde meermalen en besprak in hare
bijeenkomsten, wat nuttig was voor 't lager onderwijs te dezer
stede. De laatste vergadering, in de laatste week van December
1920, werd bijgewoond door den Wethouder, den heer Moll,
die namens 't Gemeentebestuur, bij ontstentenis van den Burge
meester, dank bracht aan deze Commissie voor de door haar
in 't belang van 't lager onderwijs der gemeente Breda verrichten
arbeid.
Met een waardeerend woord aan den Wethouder, herdacht de
Voorzitter in 't kort het werk der Commissie, waarvan sommige
leden reeds jaren zitting hadden, en gaarne hun diensten pres
teerden in 't belang van 't onderwijs. Thans, door 't in werking
treden der nieuwe wet op het Lager Onderwijs op 1 Januari
1921, kwam deze Commissie in hare huidige samenstelling te
vervallen.
Den Secretaris werd verzocht bescheiden en archief dezer