15 Financiën. Als bijlage is in dit verslag opgenomen de begrooting van Inkomsten en Uitgaven voor het jaar 1921Het eindcijfer dezer begrooting wijst een hooger bedrag aan als dat van 1920. Door de toepassing van den leiddraad 1919 uitgegeven vanwege het Departement van Onderwijs voor 1919 en volgende jaren, en eerst nu op de begrooting aangebracht, werd de post „salarissen" hooger; moesten eenige posten hooger worden geraamd, teneinde verschillende zaken te kunnen aanschaffen, verband houdende met de reorganisatie; werd de post „rente en aflossing" verhoogd met een bedrag, zijnde de rente en aflossing van het kapitaal, geleend ten behoeve van de uitbreiding der installatie' gelijk hiervoor uiteengezet. De verwachting in het vorige jaarverslag uitgesproken, dat het hoogere bedrag der rijkssubsidie over 1920, alsnog supple toir zou worden toegekend, is gelukkig in vervulling gegaan het totaal bedrag der rijkssubsidie, gelijk dit was uitgetrokken op de begrooting, is ontvangen. Besluit. De Commissie is hiermede aan het eind van haar verslag gekomen. Uit het medegedeelde moge blijken, dat het jaar 1920 een belangrijk jaar voor de School is geweest, en dat de reorganisatie op bevredigende wijze wordt doorgevoerd. Dankbaar worde hier vermeld de welwillende medewerking van den Minister van Onderwijs, K. en W., van den Inspecteur- Generaal, de heer H. J. de Groot, van den Inspecteur, den heer Groote Haarde welwillende ontvangst van de adviezen der Commissie door het College van B. en W., alsmede de verdere behandeling van desbetreffende stukken door den Ge meenteraad die samenwerking is voor de School van bijzondere waarde en voor de Commissie zeer aangenaam. Ook waardeert de Commissie ten zeerste de leiding van den Directeur en de medewerking van de Leeraren in deze reorga nisatie-periode en constateert zij dat de goede geest, welke in de School heerscht, het onderwijs ten zeerste begunstigt. De Commissie sluit met den wensch, dat de School in toenemenden bloei blijve verkeeren, de belangstelling voor het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1920 | | pagina 309