Verzorging der gewone armen. 6 Het aantal behoeftigen, dat in het afgeloopen jaar van dezen tak van armenverzorging genoot, bedroeg 1097 personenwaarvoor eene uitgaaf van f 285,04 noodig was. Bij aanmelding in den loop van den dag, wordt hun, wanneer zij zulks verlangen, brood en koffie verstrekt, en zoo zulks noodig blijkt, tot op billijken afstand vrij vervoer verleend. Melden zij zich daarentegen in den laten avond aan of op een uur dat geen vervoer meer plaats heeft, dan wordt hun nachtverblijf en voeding verstrekt. Slechts in onvermijdelijke gevallen worden zij in een logement onder dak gebracht. Bij het verleenen van vrij vervoer wordt het daarvoor benoodigde reisgeld ten kantore onzer administratie door een beambte der politie in ontvangst genomen. Door de zorg der politie wordt betrokkene voorzien van een reis biljet de daarmede belaste beambte overtuigt zich dat het vertrek werkelijk plaats heeft. Ook de kosten van verstrekte voeding en die van het onder dak brengen in een logement worden te onzen kantore betaald. Voor alle uitgaven op dezen tak van armenverzorging betrekking hebbende, worden ons door de politie bewijzen verstrekt. In een daar voor bestemd register wordt door ons hiervan aanteekening gehouden en na afloop van elk kwartaal eene declaratie opgemaakt, die aan heeretj burgemeester en wethouders wordt ingezonden om later het door onze administratie voorgeschoten bedrag van de gemeente terug te ontvangen. Hiermede het eerste gedeelte der armenverzorging, namelijk de «gemeentelijke» of «armenverzorging als maatregel van politiebe handeld hebbende, zullen wij overgaan om in het volgende gedeelte verslag te doen van de a. Bedeeling in geld en brood. In het afgeloopen jaar werden bedeeld 47 Hoofden van gezinnen. Voortdurend rr 55 Eenloopende personen. 47 Hoofden van gezinnen. e 17 Eenloopende personen. In geld werd f 4464,80 en in brood f 69.52 uitgereikt. Behalve bovenvermelde bedeelingen worden jaarlijks nog drie buitengewone bedeelingen gehouden en weldaags vóór Paschen, daags vóór Kerstmis en op den tweeden Kerstdag. De kosten hiervan worden bestreden uit de rente der daartoe strekkende kapitalen, die onder

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1920 | | pagina 348