26
leerlingen. De uitreiking dezer getuigschriften had op eenigszins
plechtige wijze plaats in een der teekenzalen van de school.
De bevordering was als volgt
tot het 4e leerjaar 3 leerlingentot het 3e leerjaar 41tot het
2e leerjaar 52samen 96 leerlingen niet bevorderd werden 8 leerlingen.
Op het einde van Dec. 1920 waren 172 leerlingen als volgt ingedeeld
16 electriciens, 91 smeden-bankwerkers (waarbij 25 adsp. electriciens
in het le jaar) 34 timmerlieden, 21 meubelmakers en 10 schilders,
verdeeld over 4 leerjaren. Van deze leerlingen woonden 96 in Breda
en kwamen 76 leerlingen uit 18 aan- en omliggende gemeenten, w. o.
Ginneken (22) Teteringen (18) Princenhage (7).
De maatschappelijke positie van de ouders der leerlingen was als
volgt
Ambachtslieden 67winkeliers of kooplieden 16bouwkundigen
1ambtenaren, onderwijzers of militairen 29landbouwers of
arbeiders 19zonder beroep of moeder weduwe 40(w. o. de leer
lingen in gestichten opgenomen).
Volgens den leeftijd waren de leerlingen te verdeelen
26 van 12 en 13 jaar; 76 van 14 en 15 jaar; 63 van 16 en 17 jaar;
7 van 18 jaar en ouder. Het gedrag der* leerlingen was over het
algemeen goed te noemen. Ook het schoolbezoek gaf reden tot
tevredenheidvan de te Breda wonende leerlingen verzuimden er
41 geen enkele maalook de buitenleerlingen hadden weinig school
verzuim, in aanmerking genomen het soms op groote afstand wonen
van de school, het slechte weer, enz.
Uit de 41 genoemde leerlingen uit Breda, moesten de 12 leerlingen
worden gekozen, aan wien de v. Coothprijs kon worden uitgereikt
bij die keuze gaven de cijfers voor vlijt en gedrag den doorslag.
De oud-leerlingen der school maken het ook goed blijkens de
ingekomen berichten. Voor het onderwijs was van groot belang, de
uitbreiding van den inventaris, waarvan een groot gedeelte in 1920
uitgevoerd kon worden. In het bijzonder voor de afdeeling smeden en
mach. bankwerkers, alsook voor de afd. electrotechniek was zulks
nog al van beteekenis; met de overige afdeelingen is ook reeds een
begin gemaakt.
Meer en meer blijkt dat uitbreiding van het schoolgebouw zeer
noodig is, vooral weer nu ook de gereorganiseerde burgeravondschool
en gemeente teekenschool als één inrichting eveneens in het gebouw
zijn ondergebracht. Daarbij doet zich de behoefte gevoelen om voor
meer vakken opleiding open te stellenaan die plannen wordt met ijver
en overleg gewerktde grootste moeilijkheid is de finantieele regeling.