66 Voorts varen van Breda op gezette tijden, vaartuigen naar verschillende plaatsen. Omtrent het waarnemen dezer diensten zijn bij ons geene klachten ingekomen. B. Middelen van vervoer te land. a. De stoomtrammen van Breda in de richting van Oosterhout b. De paardentram vanaf het spoorstation beurtelings over de Baronielaan en den Qinnekenweg naar Ginneken c. De stoomtrammen in de richting van Princenhage d. De omnibusdienst BredaTerheijdenWagenbergMade. In de raadsvergadering van 4 Maart 1920 werd besloten tot overneming der lijnen van de Ginnekensche Tramwegmaatschappij en de Tramwegmaatschappij BredaMastbosch en tot het van gemeentewege gedeeltelijk in exploitatie brengen van die tram lijnen. Het verslag, alsmede de verlies- en winstrekening en balans van het gemeentelijk trambedrijf over het jaar 1920 zijn hierachter opgenomen onder Bijlage XXXV. Alhier is gevestigd een agentschap van de Nederlandsche bank. Zooals ook in vorige verslagen werd vermeld, bestaat de brood zetting alhier sinds lang niet meer. Aldus vastgesteld door Burgemeester en Wethouders der ge meente Breda. De Secretaris, JONKERGOUW. De Burgemeester, VAN SONSBEECK.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1920 | | pagina 68