VERSLAG omtrent Gemeente-Eigendommen
en -Inrichtingen en den Dienst der Open
bare Werken over het jaar 1920.
1. Personeel.
Het personeel der Openbare Werken bestond op 31 December uit
1 directeur,
1 adjunct-directeur,
1 hoofdopzichter,
1 technisch ambtenaar, hoofdzakelijk belast met bestrating en
rioleering,
1 technisch ambtenaar voor onderhoud gebouwen, bruggen, enz.
1 technisch ambtenaar, tevens teekenaar,
2 tijdelijke teekenaars,
1 klerk,
1 tijdelijke jongste bediende.
De technisch ambtenaar W. M. Cantrijn, belast met het onderhoud
van gebouwen, bruggen enz. is met ingang van 16 Augustus 1920
eervol ontslagen.
In zijn plaats werd met 1 October d. a. v. als zoodanig benoemd
de heer B. Stolk.
De tijdelijk technisch ambtenaar P. J. van Well werd met ingang
van 1 November 1920 in vasten dienst aangesteld.
De tijdelijk teekenaar S. Straatsma werd met ingang van 1 Juni
1920 eervol ontslagenterwijl met ingang van dien datum als
zoodanig werden aangesteld de heeren J. Dinnesen en T. F. Brands.
Het aantal werklieden in vasten dienst vermeerderde met één.
Met ingang van 1 Mei 1920 werd aangesteld de opperman C. A. Gosens.
Op 31 December 1920 waren in vasten dienst
4 straatmakers
4 straatmaker-helpers
3 timmerlieden
2 metselaars
4 opperlieden
2 baggerlieden
5 wegwerkers
Totaal 24