berechting mogelijk maken, is voorzeker eenig heil te wachten. In een volgend jaarverslag hopen wij op goede resultaten daarvan te mogen wijzen. Verdere werkzaamheden. De Kantonrechter hier ter stede is zoo welwillend, onze Commissie steeds in kennis te stellen met de veroordeelingen, welke wegens overtreding der leerplichtwet hebben plaits gehad. Meermalen vinden wij onder de opgaven veroordeelingen tot geld boeten van f 10,en f 15,Het is onze vaste overtuiging, dat dergelijke boeten als een afschrikwekkend voorbeeld gelden en het geregeld schoolbezoek bevorderen. Van eiken leerling, voor wien de aansprakelijke persoon voor onze Commissie wordt opgeroepen, zenden wij aan de betrokken hoofden van scholen een vragenlijst ter invulling, in hoofdzaak betrekking hebbende op de oorzaken van het verzuim en de redenen, welke daartoe aanleiding hebben gegeven. Deze opgaven, welke ons door de hoofden steeds met de meeste bereidwilligheid worden verstrekt, stellen ons in staat het verzuim naar waarde te kunnen beoordeelen en, zoo noodig, aan de ouders de middelen aan de hand te doen, welke er toe kunnen leiden, niet met den strafrechter in aanraking te komen. Eindigen wij dit verslag, met een woord van dank aan allen, die ons in het afgeloopen jaar in onze taak behulpzaam waren en spreken wij de hoop uit, dat de gewijzigde leerplichtwet reeds spoedig een weldadigen invloed op het getrouw schoolbezoek van de Bredasche leerlingen zal uitoefenen. De Commissie tot wering van schoolverzuim, J. SEEGELAAR, Voorzitter. A. J. VAN SON, Secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1921 | | pagina 296