Dir. noodigdiens tijd kan beter geheel voor het onderwijs
bestemd blijven.
Ook deze verandering blijkt een groote verbetering te zijn, vooral
waar de administratie omvangrijker is geworden.
In dit verslag is als bijlage opgenomen de begrooting van de
exploitatie der School over 1922, gelijk deze in de Gemeente-
begrooting voor dat jaar is opgenomen het eindcijfer is hooger
als dat voor 1921.
Vanwege het Departement van Onderwijs werd op het einde van
1920 een nieuwe leidraad voor de salarisregeling uitgegeven, waar
bij de Besturen der Scholen werden uitgenoodigd hieraan terug
werkende kracht te verleenen tot 1 Jan. 1920, terwijl de Minister
zich bereid verklaarde 50 der verhooging als extra-subsidie over
1920 uit te keeren. Voor de Gemeentelijke inrichtingen van Nijver
heidsonderwijs was evenwel de voorwaarde gesteld, dat de Minis
ter die extra-subsidie van 50% alleen dan zou geven, indien de
Gemeente de eerste 50 toekende bijzondere scholen ontvingen
in elk geval de 50 van den Minister, al was het hun niet moge
lijk de andere 50% te verkrijgen. Mocht dus de Gemeenteraad
dien leidraad niet aannemen, dan ontving het personeel der School
in het geheel geen verhooging.
In de Raadszitting van 13 Juni werd evenwel genoemde regeling
voor onze School aangenomen en overeenkomstig 's Ministers ver
langen vanaf 1 Jan. 1920 van toepassing verklaard. Voor het perso
neel der school was dit een zeer belangrijk besluithet salaris werd
zeer verbeterd. Bovendien werd, overeenkomstig de regeling voor
Burgerlijke Ambtenaren, ook kindertoelage verstrekt, terwijl met
ingang van 1 Jan 1921 geen pensioenpremie meer gestort behoefde
te worden.
Dit mede als verklaring voor den hoogeren post salarissen
op de begrooting, alsook voor den post pensioensbijdrage
Krachtens de nieuwe Wet op het Nijverheidsonderwijs, welke
Wet bij Kon. Besluit van 11 Juli 1921 in het Staatsblad werd
opgenomen en geacht werd in werking te zijn getreden op 1 Jan.
1921, wordt nu door het Rijk 70% bijgedragen in de kosten, na
aftrek van eigen inkomsten, zijnde schoolgelden en verloting
van gemaakte stukken Ingevolge dezelfde Wet zullen nu de
buitengemeenten een hoogere bijdrage moeten verstrekken voor
de leerlingen uit die gemeenten hoewel de gemeente Breda hier
door eenigszins ontlast wordt, blijft toch een zeker deel dier buiten
leerlingen-kosten ten laste der gemeente.
18
Financiën.