4 uren aan de Avondschool mocht hebbenvroeger was zulks onbeperkt. Het personeel aan de school verbonden, met vaste aanstelling, bestond uit B. Steggerda, Directeur. A. H. S. Wirtz, adj. Dir. en Leeraar teekenen. Leeraren M. A. Raats, L. C. v. d. Pol, L. A. v. Dijk, C. A. v. Oijen enj. A. Mol lijn- en bouwkundig teekenen; H. L. Trossel meubel- teekenen A. A. Bakkeren en J. v. d. Rest smids- en machineteekenen W. P. Mulder hand- en decoratiefteekenenP. A. J. W. van Gils, G. W. M. v. d. Heijden, C. Booij en W. H. K. Kannemans handteekenen J. v. Zijp boetseerenG. de Jong penseeloefeningenB. Stoop, W. Plasman, W. Govaerts, A. v. d. Bosch en J. Thijssen voortgezet theoretisch onderwijsG. v. Rij meetkunde en boekhouden. Als tijdelijke leeraren voor de cursus 19191920 werden benoemd J. Resenk electrotechn. teekenenW. Bossink, A. Lemson en M. Stoops lijn-, smids- en machineteekenen; C. de Jong meubelteekenen A. v. Amelsfoort, C. Rops en L. v. Reijen voortgezet theoretisch onderwijsM. v. Sas natuurkunde. Verder waren aan de school verbonden N. Gerritzen als concierge, C. Roovers als bediende en U. Thiellier als amanuensis (de laatste als tijd. beambte). De leeraren hadden voor dezen eersten cursus een moeilijke taak, daar een aanknooping gezocht moest worden met het vooraf genoten onderwijs; de indeeling der klassen was door de combinatie van 2 scholen niet gemakkelijk geweest. Vooral was zulks het geval bij het voortgezet theoretisch onderwijsdaarom had de Directeur met de daarbij betrokken leeraren nog eene afzonderlijke bespreking ge houden, teneinde in groote lijnen vast te stellen, hoe dit onderwijs, in verband met het .karakter der school, gegeven diende te worden. Alles had intusschen een geregeld verloop, zoodat op het einde van dien cursus, welke niet veel meer dan drie maanden had geduurd, toch een bevredigend resultaat was verkregen. Een woord van dank aan het personeel voor de medewerking dien tijd betoond, mag hier dan ook niet ontbreken. Directeur en leeraren vergaderden Vrijdag 26 Maart, 's avonds te 6 V2 uur, teneinde de bevordering van de leerlingen vast te stellen en tevens de verdere regeling voor den afloop van den cursus te bespreken. De leerlingen van den cursus 1919-1920 waren als volgt ingedeeld le leerjaar68 leerl., over 3 parallelklassen verdeeld 2e 71 3 3e 61 3 4e 44 3 5e 43 3 bij de klasse-indee- ling moest rekening gehouden worden met het beroep van de leerlingen, van daar het aantal parallelklassen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1921 | | pagina 322