LEERLINGEN
LEERLINGEN
1
6
1
7
2
6
3
9
3
5
5
10
4
2
1
3
5
2
2
4
6
9
3
12
Totaal
30
15
45
Burgemeester en Wethouders hadden besloten, van welk be
sluit den 7den Maart was kennis gegeven aan Z. E. den Minister
van Onderwijs, Kunsten- en Wetenschappen, dat het Fransch
niet zou behooren tot de vakken van het toelatingsexamen voor
de lste klasse, schooljaar 19211922.
Het nieuwe leerplan werd bij het begin van den cursus
19211922 ingevoerd voor klasse V.
Ingevolge het K. B. van den 26sten Augustus 1921 (Staatsblad
No. 1031) werd onmiddellijk bij den aanvang van den cursus
het aantal lesuren in het Teekenen voor de lste klasse gebracht
op 2, het onderwijs in de licham. oefening uitgebreid tot de m.
leerlingen van kl. V en VI, zóó, dat de leerlingen van kl. I, II,
III één groep, en die van kl, IV, V, VI een tweede groep vorm
den. Tevens werden maatregelen genomen om zoo spoedig moge
lijk met het voorgeschreven gymnastiek-onderwijs aan de meisjes
te kunnen beginnen. Bij het begin van den cursus waren 2
leerlingen vrijgesteld van het onderwijs in de licham. oefening,
op grond van een door twee geneeskundigen geteekende ver
klaring. De eene groep bedraagt 17, de andere 12 leerlingen.
Van de leerlingen der 5de klasse volgden 3 de A-, 1 de B-
afdeeling van die van kl. VI 8 de A- en 4 de B-afdeeling. De
lessen in het Hebreeuwsch volgt 1 leerling der 6de klasse.
Leeraren.
Bij raadsbesluit van den 30sten Mei 1921 werden de heeren W.
van Oorde, J. Ridder, dr. M. C. van Mourik-Broekman definitief
benoemd tot leeraren resp. in de Oude Talen, de Natuurkunde
en het Hebreeuwsch.
Bij raadsbesluit van den 8sten Augustus 1921 werd den heer
