7 LASTEN. Begroot Werkelijk bedrag. bedrag. Interest van opgenomen kapitaal 1000,- 958,335 Jaarwedden van de ambtenaren - 7245,— - 7447,50 Storting in het Gemeentelijk Pensioenfonds - 300,— - 1710, Kosten van vuur, licht, water enz. - 350,— - 206,055 Administratiekosten, enz - 250,— - 215,45 Kosten van onderhoud en aanschaffen van gebouwen en meubelen - 450 - 366,67 Kosten vallende op verkoopingen - 250,— - 172,25 Betaalde waarborgrechten 40,— 10,725 Kosten van brand- en inbraakverzekering 55,— 43,33 Tekorten op gehouden verkoopingen - 40,- 42,94 Onvoorziene uitgaven - 220,— 10200,— 11173,255 Uit de hiervoor omschreven verrichtingen blijkt, dat het getal beleende en geloste panden iets minder bedraagt dan dat van het vorige jaar, terwijl de beleenings- en lossingsbedragen daarentegen eene grootere som aanwijzen. Behoefde voorheen van het door de Bank bij de Gemeente opge nomen kapitaal alleen dan rente betaald te worden, wanneer er winst gemaakt werd, ingaande 1 Januari 1913 moet, krachtens art. 25 van het Reglement, 4 °/'0 van het ontvangen voorschot worden vergoed. Op 31 December 1921 was de Bank aan de Gemeente schuldig f 30500,en moest aan interest daarvan worden vergoed f 958,335 Bij raadsbesluit van 1 Augustus 1914 werd bepaald, dat over 1914 en zoolang daarin geene wijziging wordt gebracht ook over de eerstvolgende jaren, door de Bank, overeenkomstig art 2, 3e lid, der Verordening op het beheer van het Gemeentelijk Pensioenfonds, in dat fonds zal worden gestort f 300,—. In zijne vergadering van 19 December 1921 besloot de Raad gemeld bedrag te verhoogen tot 1710, en zulks met ingang van 1 Januari 1921. Dienovereenkomstig werd uit de fondsen der Bank een bedrag van f 1710,— in gemeld Pensioenfonds gestort. De rekening der Bank over 1920, bedragende in ontvangst f 62434,65 en in uitgaaf f 60778,16, sluitende alzoo met een kassaldo van f 1656,49, alsmede de winst- en verliesrekening over hetzelfde jaar, en de balans, werden vastgesteld bij besluit van den Raad, d.d. 29 April 1921. De begrooting van ontvangsten en uitgaven voor het dienstjaar 1922, aanwijzende in ontvangst en uitgaaf f 12310,—, werd door den

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1921 | | pagina 392