8
Gemeenteraad goedgekeurd in zijne openbare vergaderingen van 29
en 30 December 1921.
Overeenkomstig ons voorstel werd, bij besluit van Burgemeester
en Wethouders, d.d. 3 Februari 1922, toestemming verleend, om een
tweetal posten der begrooting voor het jaar 1921, welke waren over
schreden, te verhoogen met een totaal bedrag van f 1612,50 en in
verband hiermede de begrooting te wijzigen.
Ingevolge artikel 2 van het Reglement worden Burgemeester en
Wethouders in het beheer en het toezicht op den dienst der Bank
bijgestaan door eene vaste commissie overeenkomstig artikel 54,
2e lid, der Gemeentewet.
Bij besluit van den Raad, d.d. 20 September 1921, werden de heeren
H. J. H. Hornix en F. F. X. Cerutti en mevrouw J. M. Neve-Reintjes
voor het jaar 1921-22 herbenoemd tot leden der Bankcommissie, terwijl
ter vervanging van den heer A. W. Zijlmans, die als raadslid ontslag
genomen had, benoemd werd de heer C. J. Kluft.
De Commissie was op 31 December 1921 alzoo samengesteld uit
de volgende heeren
H. j. Moll, Wethouder, Voorzitter.
H. J. H. Hornix.
Mevr. J. M. Neve-Reintjes.
C. J. Kluft.
F. F. X. Cerutti, Secretaris.
Het personeel, aan de inrichting verbonden, kweet zich, evenals
in vorige jaren, met ijver van zijne taak.
Directeur der Bank is L. C. A. Smeulders.
De verdere beambten zijn
C. A. Haast, schatter.
J. J. Thiellier, magazijnmeester.
De gebouwen bevinden zich in goeden staathet onderhoud ge
schiedt op voldoende wijze.
De gevoerde administratie gaf geen aanleiding tot opmerkingen
alle in het Reglement voorgeschreven registers werden geregeld
bijgehouden.
De verificatie der kas, het nazien der boeken, alsmede de controle
in de magazijnen, hebben steeds geregeld plaats gehad en geen reden
tot aanmerking gegeven.
BREDA, 7 April 1922.
De Commissie voor de Gemeentelijke
Bank van Leening
H. J. MOLL, Voorzitter.
CERUTTI, Secretaris.